Anael trippelde met sierlijke passen door het bos. Er was op dit moment niet echt veel te doen waardoor ze zich niet zou vervelen want ze doet dat nu werkelijk dus wel. Haar tong hangde half uit haar mond en haar staart was in een sierlijke krul naar binnen gedraaid. Ze was hier nog niet zo lang en was daarom nog steeds op verkennen, nieuwe gebieden ontdekken en vooral nieuwe dingen om uiteindelijk te kunnen nabootsen met haar schaduwen. Ze glimlachte liefjes, niemand zou het kunnen zeggen dat dat een fake lachje was. Ze had er jaren op getraind dus het was onmogenlijk dat te ontmaskeren. Met een sierlijke beweging sprong ze lenig op een grote omgevallen boomstam. Ze stapte hoger de boom in waarschijnlijk was ze maar iets van een meter boven de grond. Toen Anael bij de wortels kwam sprong ze er weer behendig af en belande bijna geruisloos weer op haar poten. Wat verderop versperde er opnieuw een omgevallen boom haar weg. Geirriteerd zuchtte ze maar rende er toen toch met een snel tempo er opaf en sprong er met gemak over. Het voelde bijna als vliegen, een heerlijk gevoel was dat dus. Toen ze weer lande trippelde ze weer met sierlijke bewegingen verder. Toen ze wat verderop een goede plaats van schaduw zag grijnsde ze en liet zich met een plof vallen op de grond. Anael legde haar kop op haar poten en sloot rustig haar ogen. De geur van een reu drong haar neusgaten binnen."Wil de bezoeker tevoorschijnt komen" Vroeg ze koeltjes maar opende niet meteen haar ogen.
-Torak-